zaterdag 12 mei 2007

De knieval voor de tijdgeest

Er wordt wel eens beweerd dat het evangelisch feminisme een knieval is voor onze eigentijdse cultuur. Met name het seculier feminisme, dat opkwam in de zestiger jaren van de vorige eeuw, wordt genoemd. Deze redenatie is mogelijk omdat de evangelische beweging zijn eigen geschiedenis niet kent. De evangelische beweging onderscheidde zicht in zijn begintijd juist door de participatie van vrouwen in de bediening.

Veel groepen die de openbare bediening van vrouwen ondersteunden, deden dat vanuit de overtuiging dat de Bijbel daar alle aanleiding toe geeft. Toen deze groepen zich echter druk gingen maken over de maatschappelijke fatsoensnormen, werden de vrouwen beknot in hun mogelijkheden.

Dr. Timothy Larsen schrijft in zijn boek Women, Ministry and the Gospel (eigen vertaling):
Wanneer evangelischen (gedurende hun geschiedenis) meer aandacht gaven aan de Bijbel en het evangelie dan aan gerespecteerd worden door de maatschappij, hebben hun overtuigingen er vaak toe geleid om vrouwen in openbare bedieningen te ondersteunen. Maar naarmate ze meer in beslag genomen werden door culturele fatsoensnormen, zijn de vrouwen steeds weer aan de kant gezet.
Natuurlijk zijn er altijd mensen geweest die (gebaseerd op hun begrip van de Bijbel) tegen vrouwen in bepaalde posities waren, maar vrouwen aan het front is altijd een kenmerk geweest van de evangelische beweging, zeker in de begintijd.

Het evangelisch feminisme was er dus al eerder dan het seculier feminisme. Het kan daarom geen aanpassing zijn van het evangelie aan de tijdgeest.

maandag 7 mei 2007

Het hoofd van de synagoge

Het Griekse woord voor hoofd is kephale. Ik heb het daar eerder over gehad, zie:
Hoofd van het gezin
De betekenis van hoofd
Hoofd in de Septuaginta
Hoofd in het Nieuwe Testament

Het Judaïsme uit de eerste eeuw kende de functie: hoofd van de synagoge. De Hebreeuwse titel is: rosh ha-keneset (hoofd van de samenkomst).
Als het Griekse kephale (hoofd) dezelfde figuurlijke betekenis kan hebben als het Hebreeuwse rosh (hoofd), dan zou je als Griekse vertaling van rosh ha-keneset een samenstelling van de woorden kephale en synagoge (samenkomst) verwachten. Maar als Griekse vertaling vinden we archisynagogos. Dit is samengesteld uit arche (leider) en synagogos (de vergadering.) Blijkbaar heeft kephale (hoofd) niet de metaforische betekenis van arche (leider), terwijl rosh wel deze figuurlijke betekenis heeft.

Het woord archisynagogos wordt gebruikt in Marcus 5:21-43 (enkele malen), in Lucas 8:49 en 13:14 en in Handelingen 13:15, 18:8 en 18:17.

zaterdag 5 mei 2007

Lydia

In Handelingen 16 lezen we hoe Paulus in de stad Filippi terecht kwam.
Op sabbat gingen we de stadspoort uit in de richting van de rivier, want we vermoedden dat daar een gebedsplaats was. We gingen zitten en spraken de vrouwen toe die daar bijeen waren gekomen. Een van onze toehoorsters was een vrouw uit Tyatira die in purperstoffen handelde; ze heette Lydia en vereerde God. De Heer opende haar hart voor de woorden van Paulus. Nadat zij en haar huisgenoten waren gedoopt, nodigde ze ons uit met de woorden: ‘Als u ervan overtuigd bent dat ik in de Heer geloof, neem dan bij mij uw intrek.’ Ze drong er bij ons sterk op aan. (Handelingen 16:13-15 NBV)
In het vervolg van het hoofdstuk beleeft Paulus een heel avontuur, waarbij hij en Silas tenslotte zelfs in de gevangenis terecht kwamen. Vervolgens lezen we nog in vers 40:
Paulus en Silas verlieten de gevangenis en gingen naar het huis van Lydia, waar ze de gelovigen aantroffen. Na hen bemoedigend te hebben toegesproken, vertrokken ze.
Lydia was een welgestelde vrouw. In de Studiebijbel lezen we:
Handelaars in purperen stoffen moesten, vanwege de hoge kostprijs ervan, grote investeringen kunnen doen, zodat het beroep doorgaans alleen door welgestelde mensen uitgeoefend kon worden. (Woordstudie 3673 uit Studiebijbel NT deel 14)
Waarschijnlijk was Lydia weduwe. Duidelijk is, dat zij de huiseigenaar was van het huis waar de gemeente samenkwam.
Het is belangrijk om te beseffen dat de Romeinen geen vrijheid van vergadering kenden. Samenkomsten waren alleen toegestaan in verenigingsverband, waarvan er vier types waren: het huishouden, beroepsmatig, religieus (alleen voor goedgekeurde religies) en voor begrafenissen. Waarschijnlijk zijn de eerste christelijke gemeenschappen begonnen als huisverenigingen (huisgemeentes), met name nadat christenen niet meer welkom waren in de synagoges. Volgens de wet was de huiseigenaar de leider van de huisvereniging.
In vers 12 lezen we dat Filippi volgens Romeins recht wordt bestuurd. Het is dus duidelijk dat Lydia de leidinggevende is van de gemeente te Filippi.

Avondmaal

Twee mannen kwamen elkaar tegen in de supermarkt. De ene man had bepaalde geruchten gehoord over de kerk van de ander en wilde nagaan of ze klopten.
"Is het waar dat het avondmaal bij jullie afgelopen zondag door een vrouw bediend is?"
Waarop de ander zei: "Ik kan me niet zo goed herinneren door wie het bediend werd. Ik weet nog wel dat ik er erg door gezegend ben."

(Gebaseerd op de laatste paragraaf van deze pagina (engelstalig).)

Onderwijs in Titus 2

In Titus 2 geeft Paulus enkele onderwijsinstructies aan Titus:

Maar jij moet verkondigen wat overeenkomt met de heilzame leer. (Titus 2:1 NBV)
Er worden aanwijzingen gegeven voor vier groepen.

Oudere mannen

Oudere mannen moeten sober, waardig en bezonnen zijn, en gezond in het geloof, de liefde en de volharding. (Titus 2:2 NBV)
Oudere vrouwen

Ook oudere vrouwen moeten zich ingetogen gedragen, ze mogen niet kwaadspreken of verslaafd zijn aan wijn. Ze moeten goede raad weten te geven, (Titus 2:3 NBV)
Jonge vrouwen

en de jonge vrouwen voorhouden dat ze hun man en kinderen moeten liefhebben, dat ze ingetogen, kuis, zorgzaam in het huishouden en vriendelijk moeten zijn, en dat ze het gezag van hun man moeten erkennen. Dan wordt het woord van God in ere gehouden. (Titus 2:4-5 NBV)
Jonge mannen

Roep ook jonge mannen op in alles ingetogen te zijn.
We vinden hier ook vier leraar-leerling relaties:

  1. Titus - oudere mannen
  2. Titus - oudere vrouwen
  3. Oudere vrouwen - jonge vrouwen
  4. Titus - jonge mannen
In dit schema valt op dat Titus aan alle groepen onderwijs geeft, behalve aan de jonge vrouwen.
Het was in die tijd niet denkbaar dat een man jonge vrouwen onderwijs gaf, vooral als het om ongetrouwde vrouwen ging. Titus zou aangezien worden voor een rokkenjager. Daarom wordt de instructie van jonge vrouwen overgelaten aan oudere vrouwen. Dan wordt het woord van God in ere gehouden (vers 5b).
Er is in deze tekst geen verbod te vinden voor vrouwen om mannen te onderwijzen. Wel geeft Paulus aanwijzingen om de voorkomen dat er schande van de kerk gesproken wordt.

Hoe kunnen we deze les uit dit tekstgedeelte toepassen in onze eigen tijd? Hoe kunnen we in onze tijd voorkomen dat er schande over de kerk gesproken wordt? Hoe kunnen we voorkomen dat het evangelie een slechte indruk maakt?
Ik denk dat we in onze tijd juist geen onderscheid moeten maken tussen mannen en vrouwen in onderwijssituaties. Juist als we gekwalificeerde vrouwen verbieden (in bepaalde situaties) te onderwijzen krijgt het evangelie een slechte naam.