maandag 17 april 2006

Maria uit Magdala

Maria uit Magdala was een volgeling van Jezus. Ze was één van de vrouwen, die meetrok met Jezus en zijn discipelen en de groep van onderhoud voorzag (zie Lucas 8:1-3.)
Jezus had zeven demonen bij haar uitgedreven. Zeven is in de Bijbel het getal van volheid en totaliteit. In het verleden was zij volledig bezeten geweest, maar nu was zij een toegewijde volgeling van Jezus!

In 600 na Christus identificeerde paus Gregorius I de Grote haar als een voormalige prostituée, maar de Bijbel geeft daar geen directe aanleiding toe. In 1969 heeft de Katholieke kerk deze verklaring dan ook herroepen.

In de geschiedenis van de opstanding van Jezus speelt zij een belangrijke rol (zie Johannes 20:1-18.) Van de 14 keer dat haar naam in de Bijbel genoemd wordt is dat 13 keer in de geschiedenis van Jezus' dood en opstanding. In de opstandingsgeschiedenis vanuit Johannes wordt ze zowel aan het begin als aan het einde van de pericoop genoemd; en aan Maria wordt in deze pericoop de meeste aandacht besteed. De andere leerling, van wie Jezus veel hield, wordt meestal geïdentificeerd met Johannes, de schrijver van dit bijbelboek. Hoewel de schrijver dus zelf aanwezig is, geef hij meer aandacht aan het getuigenis van Maria, dan aan zijn eigen getuigenis. Maria uit Magdala heeft in deze geschiedenis dus een heel belangrijke rol.

In Johannes 20 is zij de enige die de engelen en Jezus zelf gezien en gesproken heeft. Zij is dan ook degene die Jezus uitgekozen heeft om het goede nieuws van de opstanding te verkondigen:

Ga naar mijn broeders en zusters en zeg tegen hen dat ik opstijg naar mijn Vader, die ook jullie Vader is, naar mijn God, die ook jullie God is. (Johannes 20:17)
Hierom is Maria Magdalena in de traditie wel de apostel van de apostelen genoemd (door Hrabanus Maurus, negende eeuw.)
Dit is opmerkelijk, omdat Jezus ook de optie had om te kiezen voor Petrus of Johannes, twee vooraanstaande discipelen. Zij waren immers bij het graf aanwezig op ongeveer hetzelfde tijdstip! Het is ook opmerkelijk, omdat de discipelen er moeite mee hadden dit nieuws van een vrouw te geloven (zie Marcus 16:11.)
Waarom koos Jezus een voormalig bezeten vrouw in plaats van twee vooraanstaande discipelen? Bij God is er blijkbaar niet dat onderscheid in geslacht of status. Koos Jezus wellicht (in context van de patriarchale cultuur van zijn tijd) expres een vrouw uit om de eerste prediker van het belangrijkste nieuws aller tijden te zijn?

Geen opmerkingen: