zondag 20 januari 2008

Izebel

Maar dit heb ik tegen u: u laat die Izebel, die zichzelf profetes noemt, haar gang gaan terwijl ze mijn dienaren met haar uitspraken tot ontucht en het eten van heidens offervlees verleidt. En hoewel ik haar de tijd heb gegeven om te breken met het leven dat ze leidt, weigert ze haar ontuchtig gedrag op te geven. (Openbaring 2:20-21)
Dit gedeelte komt uit het profetisch woord van Jezus aan de gemeente Tyatira. Een vrouw, die hier Izebel genoemd wordt, geeft onderwijs aan de gemeente. (In vers 20 wordt het Griekse woord didasko, onderwijzen gebruikt.) Een unieke kans om aan te geven dat zij dit onderwijzen op moet geven, omdat het fout is als een vrouw onderwijs geeft.

Maar dat gebeurt hier niet. Izebel wordt niet berispt omdat ze onderwijs geeft. Ze wordt berispt om de inhoud en de uitwerking van haar onderwijs. Dit was een unieke kans om aan te geven dat vrouwen nooit mogen onderwijzen, "kijk maar eens wat er van komt." Maar van een dergelijke wet vinden we hier niets terug.

Wat hier sterk wordt veroordeeld is immoreel gedrag en het aanzetten tot immoreel gedrag, niet het onderwijzen op zich. Er is niets op tegen als vrouwen goed en opbouwend onderwijs geven.

1 opmerking:

J. P. van de Giessen zei

Zeer interessant, zie ook mijn artikel als vervolg hierop