donderdag 8 november 2007

De geschiedenis van het evangelisch feminisme

Eergisteren verwees ik naar een artikel van ds. Marianne Suurmond-Vonkeman over de positie van vrouwen in de pinksterbeweging.

Vandaag heeft zij nog een artikel op haar website geplaatst over de geschiedenis van het evangelisch feminisme. Het artikel heeft zij samen met haar man geschreven en verscheen in januari 1989 in Mara, tijdschrift voor feminisme en theologie.

Enkele citaten:
In het algemeen is men het erover eens dat de feministische beweging terug gaat op het 18e eeuwse humanisme en de industriële revolutie. Minder bekend is dat het feminisme daarnaast ook geworteld is in de evangelische opwekkingsbewegingen van de 18e en 19e eeuw.
[...]
De predikant Anna H. Shaw, leidster van de National American Woman Suffrage Association, bereidde de campagne voor die in 1920 zou leiden tot het kiesrecht voor vrouwen. Toen de betreffende wet door het Huis van Afgevaardigden werd aangenomen, barstten de vrouwen op het balkon uit in een spontane lofprijzing.
Na de overwinning in 1920 kwam echter de grote ornkeer. Geconfronteerd met oorlogen, economische depressie en de moderne bijbelkritiek, vluchtten de evangelischen in een wereldvijandig fundamentalisme.
[...]
Samenvattend komt de bijdrage van het evangelisch feminisme neer op een dubbel appèl: op het radicale feminisme om canon en Kerk niet los te laten; op de kerken voor bekering tot de radicale werkelijkheid van Galaten 3 : 28: ‘het doet er niet meer toe of u (. . . ) man of vrouw bent, want samen bent u één in Christus’.

dinsdag 6 november 2007

Bekeringsmotief moslims onderzocht

Het Nederlands Dagblad schrijft in het bericht Bekeringsmotief moslims onderzocht (3 november 2007):
De levenswijze van christenen heeft de grootste invloed op de keuze van moslims om zich tot het christendom te bekeren. Dat is de conclusie uit een onderzoek over de aantrekkingskracht onder moslims om Jezus te volgen.
Respondenten gaven aan dat de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, het nederige gedrag van christelijke expats in moslimlanden en liefdevolle christelijke huwelijken, hen het meeste aantrok.

Al eerder schreef ik dat de praktische toepassing van een bijbels principe in onze tijd wel eens heel anders kan zijn dan in de eerste eeuw. Ongelijkheid tussen man en vrouw is in onze cultuur een struikelblok voor het evangelie. Maar ook op mensen uit culturen waar een gezagsrelatie tussen man en vrouw de norm is lijkt de bijbelse gelijkheid volgens bovengenoemd bericht een aantrekkingskracht te hebben.

De positie van vrouwen in de pinksterbeweging

Op de website van ds. Marianne Suurmond-Vonkeman heeft zij een artikel geplaatst over de geschiedenis van vrouwen in de pinksterbeweging in Nederland.

Hier volgt een citaat uit haar harde, maar rake conclusie:
Men kan dus stellen, dat bij het voortgaan van de pinksterbeweging de in de cultuur heersende man- en vrouwbeelden uiteindelijk bepalend zijn geworden. Dit geldt zowel voor de rol van de vrouw in gezin, kerk en maatschappij, als voor de uitleg van de Schrift. De belofte uit Joël, waarop men zich beroept, functioneert niet als een profetisch ‘tegenover’, dat de eigen beweging steeds weer kritiseert. De pinksterbeweging belijdt dat de Geest is gegeven aan de gemeente om nu reeds iets van het koninkrijk van God zichtbaar op aarde te maken. De radicale implicaties hiervan heeft zij echter nooit werkelijk aangedurfd. De ‘wereldse’ machts- en gezagsstructuren op grond van ras, klasse, of geslacht zijn niet onder profetische kritiek gesteld. Hoewel in aanleg begonnen als gemeenschappen gekenmerkt door een ‘discipelschap van gelijken’, waarin armen en rijken, blanken en zwarten, mannen en vrouwen gezamenlijk en persoonlijk verantwoordelijk waren voor elkaar, is de pinksterbeweging geworden tot een bourgeois instituut dat alle profetische daadkracht en engagement heeft verloren.
Het hele artikel wil ik van harte aanbevelen.